Gedaan met laden. U bevindt zich op: Onderzoek naar de uitstoot van koolwaterstofverbindingen bij gasmotoren in Vlaanderen Studies in het kader van beleidsdomeinen ‘energie' en ‘klimaat'

Onderzoek naar de uitstoot van koolwaterstofverbindingen bij gasmotoren in Vlaanderen

Deze studie werd uitgevoerd in functie van het Vlaams Energie- en Klimaatplan 2021-2030. 

Aanleiding van de studie

In Vlaanderen staan op dit moment naar schatting meer dan 400 gasmotoren opgesteld. Deze motoren worden in belangrijke mate ingezet in de glastuinbouw en bij landbouwbedrijven, in mindere mate ook in de industrie en in de tertiaire sector. Ongeveer 70 % van de gasmotoren gebruikt aardgas als brandstof, de meeste andere gebruiken biogas. Jaarlijks wordt ongeveer 18 PJ aardgas in deze motoren verbrand, en 6 PJ biogas.

Bij de verbranding van aardgas en biogas (beiden koolwaterstofverbindingen) in gasmotoren wordt in meerdere of mindere mate een deel van het gas (i.e. methaan) onverbrand met de rookgassen uitgestoten. Dat fenomeen wordt omschreven als “methaanslip” en het treedt zowel op bij de motoren op aardgas als deze op biogas. Dit methaanslip veroorzaakt momenteel naar schatting 0,1 Mton CO2eq uitstoot in Vlaanderen.

Het verminderen van deze methaanlip is één van de maatregelen die is opgenomen in het Vlaams Energie- en Klimaatplan 2021-2030. Als noodzakelijk eerste stap werd in opdracht van het VEKA in december 2021 door VITO een studie afgerond.

De volledige studie “Onderzoek naar de uitstoot van koolwaterstofverbindingen bij gasmotoren in Vlaanderen, alsmede identificatie van mogelijke beleidsmaatregelen” (PDF bestand opent in nieuw venster)kunt u hier raadplegen.

Onderzoeksagenda

Mede op basis van eigen uitgevoerde metingen op methaanslip werd in de studie nagegaan welke de technische beschikbare mogelijkheden zijn om de methaanslip binnen Vlaanderen zoveel als mogelijk te reduceren. Daarnaast werd bepaald welke beleidsinstrumenten en/of voorschriften het meest geschikt zijn om de methaanslip te reduceren binnen Vlaanderen. Tot slot werd ook nagegaan of een verfijning van de momenteel gehanteerde berekeningsmethode voor methaan uitstoot bij gasmotoren in het Vlaamse Gewest zich opdringt.

Resultaten

Uit de studie kwamen de volgende initiatieven naar voren, die in mindere of meerdere mate kunnen bijdragen tot een reductie van de methaanslip uit gasmotoren of een effect kunnen hebben op de broeikasgasemissieberekening in Vlaanderen:

ActorenBeleidsinitiatief
Producenten van gasmotoren
  • Opnemen methaanemissies in motorspecificaties
  • Optimaliseren motorontwerp voor methaanslip
Installateurs en onderhoudsfirma’s
  • Luchtovermaat optimaliseren
Gebruikers
  • Rookgasreiniging plaatsen
  • Operationeel profiel optimaliseren voor methaanslip (beperkt start/stop; draaien op deellast)
  • Energiebeleidsovereenkomst (EBO) voor glastuinbouw
Overheden
  • Aankaarten van de problematiek op Europees niveau
  • Uitbreiding meetgegevens
  • Invoeren meetverplichting
  • Invoeren emissiegrenswaarde (EGW) voor methaan of totaalkoolwaterstoffen (TKWS)
  • Aanpassing emissiefactor (EF) voor berekening broeikasgasemissies n.a.v. methaanslip