Contacteer ons
Vlaams Energie- en Klimaatagentschap (VEKA)
De toekenning van groenestroomcertificaten stopt bij de meeste groenestroominstallaties met een startdatum voor 1 januari 2013 na een periode van 10 jaar. Producenten die een productie-installatie in deze situatie hebben, kunnen in bepaalde gevallen een verlenging van de steunperiode aanvragen. Deze verlenging is niet mogelijk voor zonnepanelen.
Als uw productie-installatie gedurende de initiële steunperiode (meestal 10 jaar) niet continu op vollast draaide, is het mogelijk dat u een verlenging kan aanvragen op basis van vollasturen. Dit houdt in dat u een verlenging van de steunperiode kan aanvragen die nodig is om het aantal groenestroomcertificaten te ontvangen dat overeenkomt met het vooropgesteld aantal vollasturen. Uw installatie komt enkel in aanmerking als er minder groenestroomcertificaten werden toegekend dan het vooropgesteld aantal vollasturen en dit verschil minstens 5% bedraagt. Is dit niet het geval dan komt de installatie niet in aanmerking voor deze verlenging.
Als er geen verlenging op basis van vollasturen (meer) mogelijk is, dan kan u een verlenging op basis van een specifieke bandingfactor aanvragen.
U kan ook meteen de verlenging op basis van een specifieke bandingfactor aanvragen. Dit betekent wel, dat u nadien geen verlenging op vollasturen meer kan aanvragen.
Als de initiële steunperiode afgelopen is ontvangt u, nadat de laatste groenestroomcertificaten toegekend zijn, een mail met
Als de installatie in aanmerking komt voor de verlenging op basis van vollasturen, moet u deze zelf aanvragen. Deze verlenging aanvragen gebeurt in twee stappen, die gelijktijdig opgestart kunnen worden. Pas nadat beide stappen afgerond zijn, kan u terug groenestroomcertificaten ontvangen voor de installatie.
Stap 1: Aanvraag voor verlenging vollasturen indienen | Stap 2: Aanvraag voor toekenning certificaten indienen |
Mail de aanvraag naar MET.veka@vlaanderen.be. Vermeld in het onderwerp dat u een verlenging op basis van vollasturen wil. En voeg volgende stavingstukken toe:
|
Dien via ExpertBase de actie een verlenging van de steunperiode in. |
Als de nodige informatie bezorgd werd, ontvangt u een beslissing. Hierin staat of de installatie recht heeft op een verlenging en de resterende hoeveeldheid groenestroomcertificaten. |
Als de nodige informatie bezorgd werd via ExpertBase, ontvangt u een tweede beslissing. Hierin staat hoe de groenestroomcertificaten berekend zullen worden. Deze beslissing zal u als laatste ontvangen en kan pas genomen worden zodra de eerste stap volledig afgerond is. |
Deze mogelijkheid tot verlenging is bepaald in artikel 7.1.1, §1, 3e lid van het Energiedecreet en artikel 12.3.2, §1, tweede lid, van het Energiebesluit.
Na het verstrijken van de initiële steunperiode (meestal 10 jaar) of na de verlenging op basis van vollasturen, kan een productie-installatie aanvullend een aantal groenestroomcertificaten ontvangen gedurende een periode van vijf jaar, op basis van een specifieke bandingfactor. Deze bandingfactor is maximaal gelijk aan
U kan meteen de verlenging op basis van een specifieke bandingfactor aanvragen. Dit betekent wel, dat u geen verlenging op basis van vollasturen meer kan aanvragen.
Voorwaarden om de extra nog niet volledig afgeschreven investereningen in rekening te kunnen brengen, zijn:
Vraag de verlenging op basis van de specifieke bandingfactor zelf aan, als de installatie in aanmerking komt voor de verlenging en de initiële steunperiode of vorige verlenging afgelopen is. Enkel het deel van de oorspronkelijke investering of van eventuele extra investeringen, dat op het moment van het verstrijken van de vorige steunperiode nog niet afgeschreven is en dat in de loop van de vijf jaar afgeschreven wordt, wordt in rekening gebracht voor de berekening van de specifieke bandingfactor. Ook als er geen niet-afgeschreven investeringen meer zijn, kan er een bandingfactor berekend worden voor kosten zoals onderhoud, brandstof, input- en outputstromen.
De verlengingsperiode sluit aan op de vorige steunperiode (dit kan de initiële steunperiode of de verlenging op basis van vollasturen zijn) en stopt na vijf jaar.
Deze verlenging aanvragen gebeurt in twee stappen, deze stappen kunnen gelijktijdig opgestart worden.
Als na vijf jaar de verlenging specifieke bandingfactor afloopt, kan deze eenmalig met vijf jaar worden verlengd voor zover er nog altijd aan de voorwaarden voldaan is.
Deze bandingfactor is maximaal gelijk aan de totale bandingcoëfficient van het kalenderjaar waarin de verlenging start.
Voor productie-installaties op basis van windenergie kan de bandingfactor nooit hoger zijn dan 0,465. De bandingfactor kan lager zijn dan 0,465, als de totale bandingcoëfficiënt van het kalenderjaar waarin de verlenging start lager is.
Voor deze nieuwe periode wordt dan een nieuwe bandingfactor berekend. Als de vorige verlenging afgelopen is, moet u de tweede verlenging op basis van de specifieke bandingfactor zelf aanvragen.
Deze verlenging aanvragen gebeurt in twee stappen, die gelijktijdig opgestart kunnen worden. De formulieren en stappen voor de eerste en tweede verlenging zijn identiek. Pas nadat beide stappen afgerond zijn, kan u terug groenestroomcertificaten ontvangen voor de installatie
Stap 1: Aanvraag voor verlenging specifieke bandingfactor | Stap 2: Aanvraag voor toekenning certificaten indienen |
Vul het formulier Aanvraag verlenging certificatensteun specifieke bandingfactor in. Het is belangrijk dat u het correcte aanvraagformulier selecteert op basis van de situatie die van toepassing is op uw groenestroominstallatie. Er zijn immers andere voorwaarden van toepassing op groenestroominstallaties waarvoor al een specifieke bandingfactor is vastgesteld vóór 5 februari 2018.
|
Dien via ExpertBase de actie een verlenging van de steunperiode in. |
Als de nodige informatie bezorgd werd, ontvangt u een beslissing. Hierin staat welke bandingfactor toegekend werd voor de installatie. De verlengingsperiode sluit aan op de vorige steunperiode en stopt na vijf jaar. |
Als de nodige informatie bezorgd werd via ExpertBase, ontvangt u een tweede beslissing. Hierin staat hoe en hoelang de groenestroomcertificaten berekend en toekgekend kunnen worden. Deze beslissing zal u als laatste ontvangen en kan pas genomen worden zodra de eerste stap volledig afgerond is. |
De mogelijkheid tot verlenging op basis van specifieke bandingfactor is bepaald in artikel 7.1.1, §1, 4e lid en 7.1.4/1 van het Energiedecreet en in artikelen 6.2/1.1 en 6.2/1.8 van het Energiebesluit.
De berekeningswijze is vermeld in bijlage III/4 bij het Energiebesluit.
De maximaal toegelaten bandingfactor voor wind is vastgelegd in het ministerieel besluit houdende vastlegging van een maximale bandingfactor van groenestroomcertificaten voor projecten voor windenergie op land met startdatum voor 1 januari 2013 waarvoor bijkomende groenestroomcertificaten worden aangevraagd overeenkomstig artikel 7.1.1, § 1, vierde lid, van het Energiedecreet
Het aantal vollasturen dat voor productie-installaties van toepassing is bij de verlenging op basis van vollasturen, is terug te vinden in het eindrapport van de VITO-studie. De indienstname bepaalt, welk rapport van toepassing is.
De xlsm bestandBerekeningstool OT (1.56 MB) wordt gebruikt om de verlenging van de steunperiode op basis van een specifieke bandingfactor te berekenen.
Deze publicatie gaat dieper in op depdf bestandverlengingsopties voor biogasprojecten met een startdatum voor 2013 (cursus) (2.14 MB).
Gebruik het aanvraagformulier die de situatie van uw groenestroominstallatie weergeeft. Werd er al een specifieke bandingfactor vastgesteld vóór 5 februari 2018?
Groenestroominstallaties waarvoor al een specifieke bandingfactor is vastgesteld vóór 5 februari 2018 hebben andere voorwaarden, conform artikel 6.2/1.8, vierde lid van het Energiebesluit.
Download als pdf-bestand pdf bestandFlowdiagram_verlengingen_certificatensteun (2.77 MB)